Co en Carolien
Eigenaar De 12 Balcken
De redactie is altijd nieuwsgierig naar verhalen achter bedrijven die we niet kennen. Maar tijdens de laatste redactievergadering hadden we het ineens over Taveerne De 12 Balcken. De 12 Balcken? Maar dat kent iedereen toch? Ja, iedereen kent ‘De Balcken’. Maar wat weten we nou eigenlijk echt van Co en Carolien?
57 jaar is Co Vermue. Daarvan bracht hij er inmiddels 34 door in De Balcken. Hij, de Texelse boerenzoon die het halverwege de jaren tachtig niet zag zitten om in het bedrijf van zijn vader te gaan, belandde via via in de horeca. Tijdens zijn eerste baan, bij broodjeszaak Plof Inn, ontdekte hij dat het vak ‘goed voelde’. Niet veel later werd hij barman in De 12 Balcken, toen nog van Jeanette Korff, die ‘de taveerne’ in 1975 samen met Pim Decnop was begonnen. ‘Ik vond het een bijzonder bedrijf. Geen doorsnee kroeg. Het was een beetje stads en er werkten heel verschillende, bijzondere mensen.’ Wel stond je er in het begin vaak in je eentje achter de bar. ‘Best druk, want behalve drank hadden we ook wat te eten. Er stond een grilletje en daarop bakten we een sateetje en een entrecote.’ Een café waar je kon eten, dat zag je toen nog zelden. Ja, in Amsterdam, daar had je eetcafés zoals Carels Café, Co’s voorbeeld. ‘Geïnspireerd door Carel hebben we dat concept bij ons toen verder doorgezet.’ En zo werd het café een eetcafé.
Barmeisje
In 1991 werd hij vennoot. ‘Ik had wel ambitie, wilde graag iets voor mezelf.’ Tien jaar later trad Jeanette zelf uit het bedrijf. Intussen had Co Carolien van Wijnen leren kennen. Carolien: ‘Ik werkte in Zaandam bij de ABN Amro. Daar werkte ook Co’s zus en die nam me wel eens mee naar Texel. Daar leerde ik Co kennen.’ Ze kregen verkering en Carolien wilde naar het eiland. ‘Ik vond werk bij Mantje en niet lang daarna bij de Rabobank. Daar heb ik tot 2004 gewerkt.’ Naast de bank deed ze de boekhouding voor De Balcken. ‘Zo raakte ik aardig thuis in het bedrijf. Maar alleen op de achtergrond hoor, ik had geen enkele horeca-ervaring.’ Toch werd ze in 2004 vennoot. ‘Van bankmeisje naar barmeisje. Eigenlijk was er niet veel verschil, het is allebei werken met mensen. Daar moet je wel lol in hebben.’ Co: ‘Ja, een biertje tappen kan iedereen. Waar het om gaat is dat je je klant het gevoel geeft dat hij welkom is. Dat zit in kleine dingen. Een aardige ontvangst, interesse tonen, vaste gasten herkennen. Dat maakt het voor de klant leuk, maar ook voor ons. Alleen zo hou je dit werk lang vol.’
Aandacht voor de gasten. Het zal een van de belangrijkste redenen zijn waarom De 12 Balcken al zo lang een vertrouwd adres is voor zoveel Texelaars én toeristen. Carolien: ‘Er zijn mensen van de overkant voor wie wij een vast onderdeel zijn van hun vakantie. Die begint en eindigt met een bezoek aan de Balcken.’ Co ziet nog een reden waarom gasten zich blijkbaar thuis voelen in het café. ‘Iedereen kan hier doen wat-ie wil. Een praatje maken, de krant lezen, werken op je laptop. Het maakt ons niet uit. We nemen het zoals het komt.’
Uiensoep
In de loop der jaren werd af en toe iets verbouwd en aangebouwd, maar in essentie veranderde er niet veel. Co: ‘De rode draad van je bedrijf moet je bewaken. Het gebeurt wel eens dat er op een rustige avond een groep binnenkomt die dan eigen muziek gedraaid wil hebben. En graag een beetje hard. Dat doen we dus niet, niet voor één specifieke groep.’ Carolien: ‘Niet dat de muziek hier nooit harder gaat en er nooit gedanst wordt, hoor. Maar dat moet dan wel spontaan ontstaan’. Herkenbaarheid, daar gaat het om. Co: ‘Dat zit ’m ook in ons personeel. Onze medewerkers zijn nog altijd echte individuen. Mensen met durf die zich onderscheiden.’ De menukaart? Die is al jaren min of meer ongewijzigd. Carolien: ‘Er verandert heus wel eens iets, maar inderdaad zijn uiensoep, spareribs en saté hier echte klassiekers.’ Co: ‘En het is vast niet de allerlekkerste uiensoep. Maar hij past wel perfect bij de entourage. Ik zeg altijd: iedereen mag mijn recepten hebben. Maar één ingrediënt krijg je er niet bij: onze sfeer.’ Carolien: ‘Wij zijn daardoor ook veel minder begrensd dan een echt restaurant. Hier kun je om zes uur ’s avonds effe een sateetje komen eten om vervolgens pas om drie uur ’s nachts de zaak uit te rollen. Bij de De Balcken weet je nooit wat je aantreft’.
Crisis
Die formule werkt nu al veertig jaar. Niet dat het nooit tegenzat. Co: ‘Tot 2008 hadden we ieder jaar meer omzet. Toen kwam de crisis. Vooral de bestedingen per gast liepen terug. Ruimden we het hoofdgerecht uit, vroegen gasten soms al om de rekening. Heeft het niet gesmaakt?, dacht ik dan. Maar dat was het niet. Mensen hielden de hand op de knip.’ Carolien: ‘Ik weet nog dat ik samen met onze vennoot Sander (zie verderop; red.) in een soort paniek voorstelde om iets te gaan organiseren. Een avond met een DJ, iets bijzonders, wat we normaal nooit deden. Om maar extra klanten te trekken. Maar Co zei: dat gaan we niet doen. Dat hoort niet bij De Balcken.’ Co: ‘We gaan niet op zoek naar één bepaalde groep. Niemand mag hier groter zijn dan het geheel. We hebben toen bewust gezegd: we blijven bij onze roots. Dus terug naar hoe we ooit begonnen.’
En het kwam goed. Co: ‘Sinds 2015 is er weer groei. Daar ben ik wel trots op. Zo’n crisis zet je weer met beide benen op de grond en leert je nog beter luisteren naar je klant.’
Eigen verhaal
Wat niet wil zeggen dat ze nu achterover kunnen leunen. Co: ‘Je moet als ondernemer scherp blijven en kritiek serieus nemen. Misschien missen we wel iets. Het kan altijd beter. Maar je moet tegelijk blijven geloven in je eigen verhaal. Dat doe je trouwens niet alleen, maar met je hele team.’ Carolien: ‘En daarin moet je als werkgever willen investeren. Mensen werken hier graag en blijven lang. Ze krijgen vrijheid, maar óók verantwoording. We betalen elk gewerkt uur en meer dan tien uur werken is echt een uitzondering.’ Co: ‘Als je vijf dagen hard werkt, heb je die twee dagen vrij gewoon nodig. ’
Potentie
Het geldt voor personeel, maar ook voor henzelf. In 2013 ondervonden ze hoe moeilijk het soms kan zijn om je elke dag weer op te laden. In dat jaar overleed Sander Moens. Sander was vier jaar ervoor vennoot geworden, met als doel dat Co en Carolien het op termijn wat rustiger aan konden gaan doen. Zijn ziekte en overlijden zorgden behalve voor heel veel verdriet ook voor een flinke stap terug. Carolien: ‘Het bracht ons eigenlijk weer terug bij af. Natuurlijk was dat op dat moment niet het belangrijkste. Maar het kostte flink wat tijd om de spirit er weer in te krijgen. Co: ‘Pas sinds anderhalf jaar zit ik echt weer goed in m’n vel. De tijd ervoor was ik zoekende naar mijn nieuwe rol.’ Nadenkend. ‘Ik dacht echt, hoe moet dit nu verder?’ Het was de enorme potentie van zijn team die hem erbovenop hielp. ‘Ik dacht: dit wil ik toch echt behouden. Voor onszelf én voor de gasten. We hebben met zoveel mensen samen zoiets leuks van De Balcken gemaakt.’
De Backen gaat door. Voorlopig met Co en Carolien. En daarna? Co: ‘Geen idee’. Maar als het gesprek vervolgens op de eilandpolitiek komt, zie ik ineens een nieuwe rol voor Co. En ik ben blijkbaar niet de eerste. ‘Ja, ik ben wel eens gepolst door een partij.’ Glimlachend: ‘Ach, wie weet. Ooit.’