Hélène Steenhof
Kunstenares
'Mijn beelden moeten je emotioneel raken’
Twee zwanen, een roodborstje, een fantasiefiguur op een schommel, een meisje dat worstelt tegen de wind. En natuurlijk schapen. Zomaar een greep uit de bronzen beeldencollectie van Hélène Steenhof. Er heerst een bijzondere, haast tastbare sfeer in haar galerie, in de prachtig gerestaureerde, historische Weezenplaats aan het Doolhof. ‘De emotie die mensen voelen bij mijn werk, daar doe ik het voor.’
Hélène had ooit een bedrijf in software voor de gezondheidszorg. ‘Ik had geen verstand van computers. Maar wel van verkopen. Het was helemaal mijn ding niet, maar ik rolde erin.’ Keihard heeft ze gewerkt. Er was geen tijd voor iets anders. Terwijl ze van kinds af aan creatief was en een opleiding aan de modevakschool had gedaan.
Na een roerige periode in haar leven, besloot ze dat het tijd werd om voor zichzelf te kiezen. ‘Ik ben begonnen met schilderen. Want ik had ik eigenlijk geen idee waarin ik creatief was. Maar het kriebelde, het moest eruit.’ Het werd een zoektocht. Tot haar eigen verbazing ging het schilderen haar goed af. Maar het was het nog niet helemaal.
Passie voor brons
In Bodegraven was een kleiclub. Hélène schatert bij de herinnering. ‘Ik erheen, allemaal vrouwen en twee mannen. Ik kreeg een homp klei en dacht dat we een asbak of zoiets gingen maken. Zie ik ineens vanuit mijn ooghoek hoe een van die mannen zich uitkleedt…’ In Laren sloot ze zich aan bij de Gooise Academie voor Beeldende Kunsten, waar professionele kunstenaars lesgeven. Daar ontdekte ze haar passie voor brons. ‘Ik was er al uit dat werken in 3D me het meest aansprak. Schilderen is me toch te plat. Daar zitten randen aan, dat is me te beperkt.’ Ze leerde er het technische deel van het maken van bronzen kunstwerken. ‘Dat is niets creatiefs, je moet het procedé leren.’
Brons bleek te zijn waar ze altijd naar had gezocht. Ze raakt er niet over uitgepraat. ‘Het is zo’n mooi materiaal. Het leeft. Nadeel is dat het duur is. Dus het moet wel wat voorstellen, als je ermee werkt.’ Ze had van was een vrouwfiguur gemaakt, worstelend tegen de wind in. ‘Iedereen vond het mooi, dus dat werd mijn eerste bronzen beeld. Het is eigenlijk heel Texels. Het heet Storm. Voor ik het wist had ik meer dan tien bronzen beelden gemaakt. Die club waar ik bij zat exposeerde altijd in een tuin in Laren. Ik werd gevraagd om mee te doen. Na enige aarzeling zei ik ja. Na twee dagen had ik zeventien beelden verkocht. De reacties raakten me. Een vrouw die een exemplaar van Storm kocht, vertelde me dat ze al twintig jaar zocht naar een kunstwerk dat haar gevoel weergaf van het moment dat ze achterbleef met alle kinderen, nadat haar man overleed. Het gaf me de bevestiging dat ik hiermee door moest gaan.’
Gekkigheidje
De verhuizing naar Texel is een verhaal apart. Het eiland is een rode draad in haar leven. Ze kwam er van kinds af aan minstens één keer per jaar. Met haar huidige man Wil kocht ze een vakantiehuis op het Beachpark. Ze woonden in Baarn, maar overwogen kleiner te gaan wonen. ‘Is niet helemaal gelukt’, lacht Hélène in de riante woonkeuken van De Weezenplaats.
Texel als permanente woonplaats kwam op als gekkigheidje, tijdens een strandwandeling. De Weezenplaats stond te koop. Ze vielen allebei voor de sfeer van het historische pand. Nadat Wils’ wens om hier trouwambtenaar te worden ook nog eens in vervulling ging, kwamen zaken in een stroomversnelling. Er volgde een flinke verbouwing, want de Weezenplaats was in erbarmelijke staat. Maar in Baarn hadden Hélène en Wil ook al een oud huis tot in de puntjes opgeknapt. Met haar creatieve geest kijkt ze overal doorheen. ‘Dus ik zag mogelijkheden. Vooral voor het atelier, dat ik zo graag wilde.’
In oude glorie
De verbouwing duurde zes maanden. Hélène wilde een thuis creëren, met behoud van de historische waarde en uitstraling. ‘Zo’n huis verdient het om in oude glorie te worden hersteld. Het is een rijksmonument, dus je bent aan regels gebonden. Het is aangepast aan de eisen van deze tijd, maar het ziet er authentiek uit. En er is ruimte voor mijn kunst. Ik kan hier werken en exposeren. Bovendien hebben we een mooie tuin waarin beelden kunnen staan.’
De galerie is geopend van april tot eind oktober. De wintermaanden worden gebruikt om nieuw werk te maken. Tot die tijd verzamelt Hélène ideeën in haar hoofd. Vooral dierfiguren hebben haar voorkeur. Ze schrijft niets op en gebruikt geen foto’s als voorbeeld. ‘In mijn hoofd zitten nu alweer tien tot vijftien beelden. Soms vecht dat om aandacht, maar ik kan pas in de winter beginnen met maken. Was wordt zacht als het heet is. Dus in de zomer zit het overal, behalve op je beeld. Dat moet je niet willen.’
Exclusief
Het maken van een brons is een ingewikkeld proces. Na een ontwerp in was, maakt Hélène mallen die naar de gieterij gaan. Van ieder ontwerp worden maximaal acht beelden gegoten, die onderling toch kleine verschillen hebben en daardoor uniek zijn. Dat gaat via een zogenoemde moedermal en individuele mallen. Hélène heeft afgelopen winter dertien nieuwe beelden gemaakt, waardoor ze nu een collectie van 88 verschillende modellen heeft. Ze heeft werk in verschillende formaten. ‘Ik wil graag dat er voor iedere portemonnee iets is. Brons is een duur materiaal. Als ik alleen heel groot werk maak, is het voor veel mensen onbereikbaar. Mijn kleinste werk is een mus. Ik houd van dierenfiguren, soms maak ik fantasiedieren. Maar er zitten ook een paar mensfiguren bij. Ik ben er in mijn hoofd constant mee bezig. Hoe groot het moet zijn, de vorm… Ik sla ook wel eens iets op wat mensen zeggen. Er zitten bestsellers bij. Maar als er acht zijn verkocht, dan houdt het op. Ik laat er dan niet nog meer maken. Het moet exclusief blijven.’
Nalatenschap
Alle beelden zijn te koop. ‘Ik kan nou eenmaal niet alles houden. Maar daardoor ben ik twee keer blij, als het goed terechtkomt. Een beeld is een stukje van mezelf en daar hoort een gevoel bij. Bij ieder beeld maak ik een tekst met een uitleg van de symboliek. Het is een soort nalatenschap. Voor mij is het belangrijk dat mijn werk naar mensen gaat die er een emotie bij hebben. Dat heb ik veel liever dan dat het ergens in de openbare ruimte staat tussen duizenden achteloze voorbijgangers. Die ambitie heb ik niet. Je moet het als kijker voelen. Het gaat me om die emotie. Het mag een blij gevoel zijn of weemoed, dat maakt niet uit. Het moet iets raken. Het geeft mij zoveel voldoening als dat gebeurt. Ik kan inmiddels boeken schrijven over de verhalen die mensen met me delen. Soms lopen hier mensen met tranen in hun ogen rond. Dat schept een band. Mijn bedrijf heet Beelden Verbinden. Dat doen ze echt.’
Hélène bepaalt zelf wat ze maakt. ‘Dat is vrijheid. Ik kan doen en maken wat ik wil.’ Ze heeft haar hele leven altijd gevochten voor die vrijheid. ‘Ik moet mijn eigen ding kunnen doen, dat is een oergevoel. Ik ben op veel plekken in de wereld geweest, heb van alles gedaan en meerdere keerpunten in mijn leven gehad. Texel is voor mij een plek waar ik in vrijheid kan leven en kan doen wat ik wil, zonder de hectiek van de overkant. We genieten hier zo, we gaan hier nooit meer weg.’
In de wintermaanden maakt Hélène nieuw werk. De galerie is dan alleen op afspraak geopend. Bel vooraf naar 06 221 88 715. Vanaf april zijn bezoekers weer welkom aan het Doolhof 3 (tot eind oktober), op woensdag, donderdag en zaterdag tussen 11.00 en 17.00 uur. Voor meer informatie: www.deweezenplaats.nl